door Edmond Staal, stafmedewerker Stichting het Limburgs Landschap
De imposante ruïne van het voormalige klooster Hoogcruts tussen Slenaken en Noorbeek in Zuid-Limburg dreigde na dertig jaar verwaarlozing volledig te verdwijnen. Het Limburgs Landschap nam het project op zich en begon met de consolidatie. Na jaren van ingrijpende maatregelen kwam de herbestemmingsdiscussie. Door extra te investeren in het hoofdgebouw kon dat weer van een dak en tussenvloeren voorzien worden. Door culturele activiteiten kwam er leven in het gebouw. Dat groeide, toen ambachtsmensen uit de regio ruimtes wilden gaan gebruiken. Dat vroeg ineens andere investeringen van toiletten tot WIFI. Ondertussen werd ook doorgewerkt aan het ruïnegedeelte en de ommuurde voormalige kloostertuin. De ontdekte (lege) grafkelder werd gerestaureerd en om toekomstig verval te voorkomen is het ontluchtingssysteem hersteld en ook moest er een afdeklaag gekozen worden tegen het hemelwater. Passend bij het oorspronkelijke afwerkingsniveau van het klooster is er gekozen voor hardstenen afdekplaten. Om bezoekers te ontvangen is een deel van de oude kleine binnentuin herbestemd tot parkeerplaats om de (visuele) rust in het park te kunnen behouden.
Nieuwe entree voor Kasteel Bleijenbeek
Bij het bombardement in de Tweede Wereldoorlog van Kasteel Bleijenbeek in Afferden, Noord-Limburg, bleef het poortgebouw met boerderij grotendeels behouden. Na de oorlog werd dat gebouw gebruikt als ’steengroeve’ voor de herbouw van de pachtboerderijen en andere gebouwen en verdween. De beschadigde brug werd vervangen door een dam in de kasteelgracht. Na de consolidatie van de kasteelruïne en het herkenbaar maken van de oude bouwvolumes deed de ’schrale’ entree met bouwhekwerk onrecht aan de oude uitstraling. Reden voor de Stichting Kasteelruïne Bleijenbeek en Het Limburgs Landschap om de krachten te bundelen. Op basis van opgravingen kon de oude brug gereconstrueerd worden. Ook kwamen er gemetselde zuilen met een gesmede poort. Vanwege deze reconstructie is gekozen voor een moderne invulling waarbij de ontwerper een verwijzing heeft gemaakt naar het afbranden van het kasteel. Overigens werd bij de werkzaamheden in de gracht een aantal bijzondere vondsten gedaan zoals een munitiekist uit de Tweede Wereldoorlog en een 15/16de-eeuwse ’haakbus’. Haakbussen waren de voorlopers van kanonnen en musketten. Het 155 cm lange wapentuig is gefacetteerd gesmeed en verkeert in uitstekende staat .
Wapenkamer Kasteel Elsloo gerestaureerd
Kasteel Elsloo met bijbehorend park heeft een bijzondere opbouw door de verdeelde ligging van het complex over Maasdal en plateau. Bij het ontwerp van het park is begin 19de eeuw ook gebruik gemaakt van die ligging. Zo waren er zichtassen en de entree was over het plateau tot aan het beneden in het dal liggende kasteel. Dat zorgde voor een indrukwekkende entree voor de gasten. In de vorige eeuw werd het park met tennisbanen en een zwembadcomplex volgebouwd. Door betrokkenheid van de bevolking werd een nieuwe toekomst gezocht. Samen met Het Limburgs Landschap is nu een herinrichtingsplan gemaakt op basis van uitgebreid historisch onderzoek. In september was de aftrap tijdens een publieksweekend. De eerste werkzaamheden in het parkbos zijn met vrijwilligers opgepakt en deze winter zullen aftakelende bomen vervangen worden door passende variëteiten en soorten.
In het publieksweekend werd ook de ’wapenkamer’’ geopend. De naam komt niet van wapentuig, maar van de familiewapens uit de stamboom van Graaf de Geloes, een van de vorige eigenaren. Uit historisch onderzoek door specialiste Ineke Beeling blijkt dat we hier te maken hebben met een van de vroegste voorbeelden van een neogotisch interieur uit Nederland, namelijk tussen 1838 en 1844. De verklaring zouden de relaties van de familie de Geloes met zowel Koning Willem I als koning Willem II kunnen zijn. De laatste gebruikte de neogotiek als zijn ‘hofstijl’. Omdat in die vroege neogotiek het interieur nog geen deel van de constructie was, kon restaurator Dirk Olaf de kamer deels demonteren en in zijn atelier ontbrekende stukken aanvullen en droogtescheuren verlijmen of opvullen. De later aangebrachte donkere politoer en boenwas is verwijderd. Door de nieuwe midden-bruine kleur komt het verfijnde houtsnijwerk weer helemaal tot zijn recht. De op stuc geschilderde familiewapens hadden zwaar te lijden gehad van lekkages, verzakkingen, slijtage en verwarming. Restaurator Frans-Joseph Joordens heeft alle loszittende verfschilfers vastgelijmd; aansluitend is alles schoongemaakt. Ook scheuren en lacunes zijn opgevuld. Daarbij is bewust gekozen om de ouderdom herkenbaar te houden, dus het muuroppervlak is niet ‘als nieuw’. Alle lacunes zijn op kleur gebracht met een acrylverf of bladgoud om zichtbare naverkleuring te voorkomen. Voor het toekomstige behoud is een nieuw verwarmingssysteem in de kamer aangebracht.
Dijkaanleg beschermt Kasteel Arcen tegen overstroming
Kasteel Arcen in het gelijknamige dorp is ooit als waterburcht in een oude Maasarm aangelegd. Het had ook een eigen watermolen. Deze molen wordt gevoed door een beek die vlak erna in de Maas uitmondt. Met hoogwater in de Maas komt het regelmatig voor dat de kelders en begane grond van de watermolen en ook het huis van de molenaar ernaast overstromen. Nu de werkende watermolen ook een distilleerderij is geworden met publieksruimtes, is dat een onhoudbare situatie. Ook de bewoonbaarheid van het molenhuis is in gevaar. Nu voor heel Arcen een nieuw hoogwaterbeschermingsplan wordt gemaakt komen het nabijgelegen Kasteel Arcen inclusief de Kasteeltuinen Arcen en de watermolen voortaan achter een dijk te liggen. Consequenties is dat de cultuurhistorische relatie met het Maasdal landschappelijk verstoord gaat worden. Na uitgebreid overleg tussen eigenaar Het Limburgs Landschap en Waterschap en Rijkswaterstaat is besloten dat de dijk daarom verder weg van de molen komt te liggen en dat het dijkgedeelte ter hoogte van de molen als een smalle ‘kistdam’ wordt uitgevoerd. Zo blijft er meer ruimte voor de molen en het beekdal, inclusief een aan te leggen vistrap. Dat een dijk geen overbodige luxe wordt, bleek wel bij de zomeroverstromingen dit jaar in Limburg. Door een in allerhaast door het Waterschap aangelegde nooddijk bleven het al wel geëvacueerde kasteel en de kasteeltuinen behoed voor overstroming. Het Maaswater stond tot aan de rand van de nooddijk. Watermolen en woning gingen helaas nog wel onder. Dat moet na 2025 als de dijk klaar is, verleden tijd zijn.
Huys Kaldenbroek herbestemd na restauratie
In Grubbenvorst in Noord-Limburg ligt in een oude Maasarm het Huys Kaldenbroek. Het is omgeven door oud agrarisch landschap met hoge natuurwaarde. Het op een kleine verhoging gelegen gebouw stamt uit het midden van de 16e eeuw, maar reeds in 1394 is er al sprake van een Huys Kaldenbroek. In de loop der eeuwen heeft het de nodige verbouwingen ondergaan en is een groot deel van de grachten gedempt. Een deel van het complex verviel volledig inclusief het poortgebouw met ophaalbrug. Ondanks dat vormt het overgebleven gebouw door de opbouw van het landschap een waar landmark. In het hoofdgebouw werden door vorige eigenaren twee woningen gemaakt. Het Limburgs Landschap kon in fases het complex verwerven. Na de definitieve aankoop is, op basis van historisch en bouwkundig onderzoek, besloten de oude indeling zoveel als mogelijk te herstellen. Bij het ’afpellen’ van de bouwlagen werden allerlei bouwsporen zichtbaar. Het gebouw is nu ingericht als erfgoedlogies voor grotere (familie)groepen. De loop van het oude grachtenstelsel is in de omliggende tuin weer zichtbaar gemaakt. Ook bij de smaakvolle herinrichting is de geschiedenis van het gebouw leidend geweest.