Oranjewoud
It Oranjewald/Oranjewoud - Friesland
Het is Albertine Agnes (1634-1696), weduwe van de Friese stadhouder Willem Frederik van Nassau-Dietz (1613-1664), die in 1676 een state in ‘t Wold of Schoterwold koopt. Daarmee verwerft ‘Oranje’ bezit in ‘t ‘Wold of woud’, Oranjewoud dus. Een lustslot moet verrijzen, maar slechts twee vleugels worden gerealiseerd. De architect Daniël Marot (1661-1752) wordt dan en bij latere veranderingen betrokken. Een uitgestrekte buitenplaats komt tot stand, met een ruim 3 kilometer lange centrale as van in elkaars verlengde liggend grand canal, tuin, overtuin en laan. In 1803 en 1805 worden de genoemde vleugels van het onvoltooide slot afgebroken en in 1813 wordt het bezit geveild en opgesplitst . Tien jaar later komt de kern van het voormalige stadhouderlijke bezit in handen van Hans Willem de Blocq van Scheltema (1802-1864). In opdracht van De Blocq van Scheltinga wordt rond 1830 het huidige, classicistische, witgepleisterde huis met een verhoogd middendeel en twee lagere zijvleugels gebouwd. De oostelijke zijvleugel verlengt men nog eens in 1845 en 1909. Kort na de bouw van het hoofdhuis worden het park rond het huis en de overtuin in de landschapsstijl aangelegd. Bijzonder is de zogenaamde ‘Chinese toren’, zichtbaar bij de rondwandeling om het niet toegankelijke park om het hoofdhuis.