De Ulenpas

Hoog-Keppel - Gelderland

In 1965 brandt De Ulenpas grotendeels uit. Alleen het middengedeelte wordt in classicistische stijl herbouwd, beide zijvleugels niet. De havezathe De Ulenpas wordt voor het eerst vermeld in 1396, het is dan tot 1831 in het bezit van het geslacht Rouwenoort. De naam wordt verklaard met de samenvoeging van een ‘weide’, een ‘pas’, bij ‘een moeras of watertje’, ‘ule’. Begin 15de eeuw is er mogelijk sprake van een woontoren, deze zal geleidelijk zijn uitgebreid tot een royaal landhuis, met achter het huis een serpentinevijver met eiland. Een zeer fraai tuinsieraad is een 19de-eeuwse gietijzeren hangbrug, een type dat ook op het nabijgelegen Enghuizen is te vinden. De deels in detail gaaf bewaarde, kleinschalige parkaanleg in landschapsstijl dateert uit ca. 1810 en is mogelijk van de hand van Johan Philip Posth (1763–1831).