door Wim Dröge, collectiebeheerder stichting Erfgoed Landfort.
In het landhuis op Huis Landfort waren door oorlogsschade, plundering en schade door krakers, leegstand, weersomstandigheden en een onjuiste renovatie in het verleden nog maar heel weinig authentieke interieurelementen aanwezig. Wel waren er bouwtekeningen uit 1823 van de Duitse architect Johann Theodor Übbing (1786-1864) en een aantal interieurfoto’s uit de tijd waarin de familie Luyken het huis bewoonde. Dat waren foto’s van de salon, de hal en nog wat kiekjes van niet nader geïdentificeerde kamers. Veel bleef echter onduidelijk. Zelfs de verftrapjes, een beproefde onderzoeksmethode om inzicht te verkrijgen welke verfkleuren er in de loop der jaren in de diverse ruimtes zijn aangebracht, leverden niets op. Enerzijds jammer maar anderzijds gaf het de stichting ook een zekere vrijheid en ruimte om wat meer onbevangen naar het landhuis te kijken en ideeën te ontwikkelen voor de herinrichting.
Periode 1750-1850
Het volledig gerenoveerde en gerevitaliseerde landhuis is nu als het ware verdeeld in vier secties. Links in het gebouw op de begane grond zijn vier imposante representatieve ruimtes ingericht. Hier bevinden zich de salon, de zaal, de wintertuin en de tuinkamer. Aan de rechterzijde van de begane grond zijn vier gebruiksruimtes te weten een spreekkamer, een kleine eetkamer, een serviezenkamer en de in stijl teruggebrachte oude keuken. Al deze vertrekken zijn stijlvol gestoffeerd door de firma Oostendorp en ingericht met voorwerpen uit de eigen collectie en met bruiklenen, maar ook met nieuw verworven objecten en authentieke verlichting. Alle ingebrachte kunst- en gebruiksvoorwerpen tezamen vormen een samenhangend en aantrekkelijk ingericht landhuis. Daarbij is het liberaal gehanteerde verzameluitgangspunt dat objecten doorgaans vervaardigd moeten zijn in de periode 1750-1850.
Bijzondere badkamer
Op de eerste verdieping bevindt zich links een privé-appartement. Rechts zijn hier vier min of meer historiserende ruimtes ingericht. Dit zijn de Dr. Johann Albert Luyken ‘Wunderkammer’ (feitelijk zijn werkkamer), de Luyken-muziekkamer, de Luyken-slaapkamer en de bijzondere Luyken-badkamer. Hier staat een door Twickel in bruikleen gegeven badmeubel van rond 1900, dat feitelijk een soort jacuzzi avant la lettre is. Een groot deel van het hier geplaatste meubilair en de vele schilderijen, waaronder familieportretten van de Luykens, zijn geschonken door Maria Luyken-Henke. Zij was met Albert Luyken (1923-2012) gehuwd. Veel van deze objecten komen oorspronkelijk uit het landhuis, maar werden bij de verkoop en een daaropvolgende boedelverdeling uit het landhuis meegenomen naar elders. Verder bevinden zich hier oogheelkundige instrumenten, die het bezit zouden kunnen zijn geweest van Johann Albert Luyken. Hij had een medische opleiding tot oogarts gevolgd. Dit historische instrumentarium is een bruikleen uit de collectie oogheelkundige voorwerpen van Ger Vijfvinkel, voorzitter van stichting Erfgoed Landfort.
Omvangrijke bibliotheek
Verder bevindt zich op deze verdieping nog een omvangrijke bibliotheek. Dat is gedeeltelijk de grote boekenverzameling van René Dessing en gedeeltelijk de bruikleencollectie van de Cremersstichting. Al deze boeken omvatten de aandachtgebieden landschapsarchitectuur, tuinen, historische buitenplaatsen en onderwerpen die hiermee verband houden. Het is de bedoeling deze collectie digitaal te ontsluiten en voor onderzoeksdoeleinden toegankelijk te maken.
Hete lucht verwarming
Op Huis Landfort werd rond 1825 in het landhuis een van de eerste hete lucht verwarmingen aangelegd. In het souterrain bevonden zich stookplaatsen en via luchtkanalen kon hete lucht de vertrekken instromen en ook weer worden afgevoerd. Dit nieuwe verwarmingssysteem waarover in Wenen rond 1817 een boekje verscheen was een uitkomst, omdat het landhuis een inpandige orangerie bezat. Door het constant op warmte houden van de stookplaatsen was er een gelijkmatige temperatuur in de oranjerie en andere vertrekken in het huis. Omdat de kostbare inrichting van het huis niet toestaat deze ruimte ook nu nog als oranjerie te benutten, is van dit vertrek een wintertuin gemaakt met grote kamerplanten en de beroemde collectie porseleinen papegaaien. In de kelder zijn restanten van dit verwarmingssysteem nog te zien en maken in de toekomst onderdeel uit van de rondleidingen door het landhuis. Overigens bezat ook Huis Linschoten te Linschoten een dergelijk verwarmingsprincipe.
Verwijzingen naar andere buitenplaatsen
Een element tijdens rondleidingen door het landhuis is dat hier veel objecten aanwezig zijn die refereren aan andere historische buitenplaatsen in ons land. Daarmee vertellen onze rondleiders niet louter over de geschiedenis van dit uit 1434 daterende huis, maar vertellen zij ook over talrijke andere historische buitenplaatsen. Daarmee stimuleren zij onze bezoekers ook eens een bezoek te brengen aan een van de andere 551 gaaf bewaarde ensembles in ons land. Er wordt verwezen naar Twickel, Huis Bergh, Slot Zeist, Huis te Manpad, Wester-Amstel, Sypesteyn, Enghuizen, de Leemcule en tal van andere Nederlandse historische buitenplaatsen. Ook in het park en de moestuin probeert stichting Erfgoed Landfort met planten, heesters en bomen naar andere buitenplaatsen te verwijzen. Daarmee hoopt stichting Erfgoed Landfort in samenwerking met sKBL uit te groeien tot een verbindende plek of nationaal centrum voor de Nederlandse buitenplaatsen.
Vanaf 7 april 2023 worden het park en de moestuin voor geïnteresseerden op vrijdagen open gesteld en zijn ook instaprondleidingen in het landhuis mogelijk. Zie voor meer informatie en tickets: Bezoeken – stichting Erfgoed Landfort