
Robert J. Ligthelm met bijdragen van Taco Hermans
Robert Ligthelm is inmiddels een vertrouwde naam bij sKBL en in de wereld van de Nederlandse buitenplaatsen. In 2020 presenteerde hij De Kralingse Buitenplaatsen van de 16e tot de 21e eeuw, waarmee hij in het jaar daarna de prestigieuze sKBL-Ithakaprijs in de wacht sleepte. Ook stond het boek op de shortlist van vier boeken voor de gerenommeerde Jacques Dutilh prijs, van Historisch Genootschap Rotterodamum, voor het beste boek over Rotterdam. Vorig jaar nog presenteerde Ligthelm het tweede deel in deze serie, over de Buitenplaatsen bij de Rotte, dat eveneens in deze nieuwsbrief werd gerecenseerd. Nu ligt er dus deze derde, wederom vuistdikke studie.
Opnieuw ontvouwt zich daarin voor de lezer een even rijk als onverwacht panorama, dit keer van buitens aan de Schie. Behalve de Rotterdamse elite resideerden daar ās zomers ook eigenaren uit Delft, Delfshaven en Schiedam, die hun stadse winterhuizen voor deze heerlijke plekken verruilden. Die uiteenlopende herkomst van de bewoners gaf deze buitens een bijzondere dynamiek. Mede daardoor kan de auteur in dit boek moeiteloos schakelen tussen de lokale betekenis van deze plekken en hun rol in het nationale verleden.
Door de talloze prachtige verhalen over de huizen en hun bewoners dringt zich bij de lezer spoedig het besef op dat het buitenplaatslandschap aan de Schie in rijkdom en betekenis niet onderdeed voor de bekende ālintenā van buitens aan de Vecht, op de Utrechtse Heuvelsrug of in het āGelders ArcadiĆ«ā. Daarmee draagt dit boek bij aan het belangrijke inzicht dat deze rijke buitenplaatscultuur tegenwoordig weliswaar niet overal meer even zichtbaar is, maar echt een nationaal en wijd verbreid fenomeen was.
Dat neemt niet weg dat de lezer langs de Schie wel de achtergrondinformatie nodig heeft die Ligthelm biedt om zicht een beeld te vormen van de weelde van weleer. Van de buitenplaatsen die hier ooit te bewonderen waren is namelijk veel minder over dan elders, wat natuurlijk alles te maken heeft met de latere stedelijke en industriƫle ontwikkeling en uiteraard het bombardement op de stad in 1940.
Bijzonder zijn daarbij de beschrijvingen van de talloze buitenplaatsen aan de Schiekade, die eigenlijk een gracht buiten de stad Rotterdam was, met een lang lint aan buitens die allemaal rond 1900 zijn verdwenen. Een opzienbarende vondst van de auteur betreft het gebied waar nu de drukke Beukelsweg loopt. Op die plek, indertijd de Beukelsdijk, blijkt tot ver in de negentiende eeuw een snoer van buitenplaatsen en herenboerderijen te hebben gelegen.
Gelukkig zijn er, naast alle verloren parels, ook nog prachtige plekken die de tand des tijds wel hebben doorstaan. Dat geldt in Overschie bijvoorbeeld voor De Tempel, de Leeuwenhof en Nieuwe Rodenrijs, terwijl in de Rotterdamse binnenstad, op het kruispunt van de Schiekade en de Walenburgerweg, nog het huis De Walenburg te zien is.
De auteur verdient een groot compliment voor zijn buitengewoon grondige onderzoek, dat zich niet alleen vertaalt in een verzameling fascinerende verhalen over de huizen en hun bewoners, maar ook in een heerlijke beeldengalerij aan schilderijen, tekeningen, archiefstukken en fotoās.
Picture Publishers, Woudrichem 2024
440 pagina’s
ISBN 9789492576842
⬠37,50