Andries de Maaker, een architect van de oude stempel

Door Gert de Kruif

Geen hbo-bouwkunde met aanvullende opleiding, geen Delft. Andries de Maaker was opgeleid tot onderwijzer, maar zijn hart ging uit naar het timmerambacht. Uiteindelijk werd hij architect.

Andries de Maaker (1868-1964) was opgeleid tot onderwijzer. Hij stopte echter het werk voor de klas en ging verder als timmermansleerling bij de zelfontwerpende aannemer Johannes Wolbers in Heemstede. Hij volgde studies tekenen en calculeren en groeide door als tekenaar en bouwkundig opzichter. In 1905 vertrouwde Wolbers aan Andries een opdracht toe die hij zelfstandig mocht uitwerken. Hij wandelde van zijn huis in Haarlem via Kraantje Lek en het Visserspad naar een klus in Zandvoort. Later maakte hij gebruik van een vélocipède (met een hoog voorwiel). Nog later veroorloofde hij zich een Raleigh met stangremmen. Als zelfstandig architect vestigde Andries zich in Heemstede. Het was het begin van een glansrijke carrière.

Andries de Maaker

Landhuizen in Kennemerland en Overijssel

De Maaker bouwde veel voor een exclusieve klantenkring in Kennemerland en Overijssel. In 1921 ontwierp hij voor Piet Dorhout Mees, gemeenteraadslid in Bloemendaal, het huis Leyduin in Vogelenzang. De vrouw van de opdrachtgever, Dien Dorhout Mees-de Blocq van Scheltinga, vond tijdens een ‘inspectietocht’ op de bouwplaats dat het huis, waarvan de fundering lag en van de binnenmuren een 80 cm was opgemetseld, te klein was! De Maaker ging opnieuw tekenen. De stukjes muur werden afgebroken, de fundering werd uitgelegd en men begon opnieuw met de bouw van Leyduin (1920/1921). Enkele jaren bouwde De Maaker het naburige landhuis Vinkenduin met twee dienstwoningen en entreepalen. In Bloemendaal en omgeving ontwierp De Maaker ook de landhuizen Nijenberg, Klein-Bentveld en Belvédère.

Het echtpaar Van der Wijck-Speelman gaf hem opdracht voor een nieuw landhuis in Archem bij Ommen. In Oldenzaal vinden we het huis De Haer, gebouwd voor een textielfabrikant eind 19de eeuw, maar in 1927 ingrijpend verbouwd en gerestaureerd waarschijnlijk door Andries de Maaker.

De Maaker ontwierp in 1930 bij Gorssel het huidige Huis Dorth, in opdracht van Gustav baron Huyssen van Kattendijke. Het was al het vijfde Huis Dorth op die locatie. In Enschede staat aan de Tubantiaweg het zogenaamde Trebbe-complex. In 1920 gebouwd voor de Twentsche Overzee Handelmaatschappij, een organisatie die de Twentse textielbaronnen inzetten om  produkten overzee, vooral aan de westkust van Afrika, aan de man te brengen.

Na de oorlog, hij was toen al tegen de 80 jaar, heeft Andries nog in potlood plannen uitgewerkt voor de herbouw van kasteel Windesheim in toen nog de gemeente Zwollerkerspel. Het kasteel van de familie De Vos van Steenwijk was in de laatste oorlogsdagen weggevaagd door een Engels bombardement, omdat men – ten onrechte – dacht dat er een Duits hoofdkwartier in gevestigd was. Het Huis Windesheim is nooit herbouwd; wel zijn de twee bouwhuizen fraai gerestaureerd.

Huis Dorth in Gorssel

Goede nazorg

Andries kon goed met opdrachtgevers overweg en ook lastige klanten wist hij tevreden te stellen. ‘De één zeide het tegen de ander, op diners kwam men over hem te spreken en dan werd de volgende dag De Maaker besteld’, aldus één van zijn zonen. Ook de nazorg die hij aan opdrachten besteedde, werd gewaardeerd. Bekend is dat hij tot op hoge leeftijd regelmatig Singraven bij Denekamp bezocht. Hij reisde dan per trein en logeerde enkele dagen op het landgoed. Soms nam hij een van zijn zoons mee.

Singraven was een van De Maakers grootste opdrachten. Hij ontwierp een nieuwe voorgevel voor het grote huis en verbouwde en restaureerde er. In de jaren 1921-1937 bouwde hij een aantal boerderijen, schuren en woonhuizen op het goed. Dit alles deed hij in opdracht van de Zaanse fabrikant mr. W.F.J. Laan, die afkomstig was uit Overveen.

Over alles viel te praten

De populariteit van Andries de Maaker als architect had zeker te maken met zijn bereidheid om te ontwerpen wat de cliënt verlangde. Zelf had hij voorkeur voor het model van het 18de-euwse Hollandse landhuis, met een accent op de middenpartij, rijk gedecoreerde deur- en raamlijsten en een hoog schilddak met vier forse schoorstenen. Maar over alles viel te praten. Een barokke schouw of een neogotische? Grieks-Romeinse zuilen voor het terras? Een ‘Um 1800’-bouwwerk of een rococogevel? Het kon allemaal bij De Maaker. In het huis Leyduin in Vogelenzang komen al deze elementen voor. Hij bracht het met veel gevoel voor smaak en schoonheid aan, gebruikte hoogwaardige materialen en ontwierp zelf ornamenten voor wanden, plafonds, trappen, lambriseringen, schouwen en kozijnen.

Tussen Andries de Maaker en zijn oudste zoon Izaäk ontstond hierdoor een professionele verwijdering. Izaäk werkte aanvankelijk als bouwkundige voor zijn vader, maar ‘had het niet zo op diens neostijltjes’, zoals een kleinzoon van Andries het uitdrukte. Izaäk voelde zich meer aangetrokken door de principes van de Amsterdamse School en ging werken voor de Amsterdamse architect Michel de Klerk. Hij ontwierp voor hem onder andere meubelen.

Woningen in Haarlem en omgeving

In Haarlem-Zuid, Heemstede en Bloemendaal staan ook veel woningen die op de tekentafel van Andries de Maaker geboren zijn: villa’s, landhuisjes, twee en meer onder één kap en rijtjeshuizen. Andries bouwde ook woningen op eigen kosten, die hij na voltooiing zelf verkocht. Ook kocht hij op veilingen woningen die hij doorverkocht. Hij was architect en makelaar in één. Dergelijke constructies waren in de eerste helft van de 20e eeuw niet ongebruikelijk. Zijn woonhuizen vertonen vaak een eenvoudige baksteenstructuur, met kenmerken van de Amsterdamse School. Er is wel gesteld dat de meeste huizen van De Maaker, hoe solide ook gebouwd, gedoemd zijn te verdwijnen, omdat ze door hun omvang niet meer in deze tijd zouden passen. Dat blijkt gelukkig nogal mee te vallen, zeker voor wat betreft de grote landhuizen. Deze hebben intussen in de meeste gevallen een beschermde status, van gemeentelijk tot rijksmonument.

Gereformeerde scholen en kerken

Als gereformeerd architect was Andries de Maaker ook actief op de terreinen van scholen- en kerkenbouw. In Haarlem verrees de voormalige Aeneas Mackayschool voor gereformeerd lager onderwijs en het Eerste Christelijk Lyceum: strakke lijnen, een duidelijk middenrisaliet en niet vrij van elementen van de Amsterdamse School. Verder maakte hij van verscheidene gereformeerde lagere scholen en kleuterscholen de tekeningen of de eerste schetsontwerpen. Aan de Gedempte Oude Gracht in Haarlem staat tamelijk prominent de Wilhelminakerk van De Maaker. In Hilversum staat de Zuiderkerk. Beide zaalkerken zijn nog in gebruik bij een kerkgemeenschap.

Aeneas Mackayschool voor gereformeerd lager onderwijs in Haarlem

Arti et Amicitiae

De Maaker was lid van de prestigieuze Amsterdamse kunstenaarsvereniging Arti et Amicitiae. Met enige trots vermeldde hij dit op zijn tekeningen. Hij tekende dan als volgt:

DE ARCHITECT AetA
A.de Maaker

Meer lezen? Zie het artikel van: Debbie Splinter, De vijf Kennemer buitenplaatsen van Andries de Maaker en Leonard Springer in R. Grubben en T. Hermans (red.) ‘Zij waren van groote en zware steenen’. Recent onderzoek op het gebied van kastelen en buitenplaatsen in Nederland (Wijk bij Duurstede, 2017), 231-254

Scroll naar boven